Helft dieselrijders verdient prijsverschil aankoop pas terug na vijf jaar
ZWIJNDRECHT. Volgens de meest recente Mobiliteitsbarometer rijdt slechts 1 op 7 dieselrijders jaarlijks meer dan 25.000 kilometer per jaar en bijna een kwart rijdt minder dan 10.000 kilometer per jaar. Dat lage aantal kilometers is nefast voor de onderhoudskost. Bovendien blijkt uit onderzoek dat het kleine prijsverschil tussen benzine en diesel aan de pomp er voor zorgt dat het behoorlijk lang duurt eer eigenaars van dieselwagens hun meerkost hebben terugverdiend.
Automobilistenvereniging VAB onderzocht het verschil in prijs en gemiddeld verbruik van de diesel- en benzineversies, met een zelfde uitrustingsniveau, van tien verschillende wagens. Dieselwagens kosten gemiddeld 1899 euro meer dan benzinewagens maar het gemiddeld verbruik ligt bij dieselwagens met 4,1 liter per 100 kilometer een stuk lager dan de 6 liter bij benzinewagens. Aan de pomp kost 1 liter diesel momenteel 1,436 euro en benzine 1,598 euro, een verschil van 0,162 euro. Het verschil in aankoopprijs tussen diesel- en benzinewagens is op basis van de brandstofkost gemiddeld terugverdiend na 63.000 km. Wie 10.000 kilometer per jaar rijdt met een dieselwagen, zal het verschil in aankoopprijs pas na 6 jaar en 4 maanden terugverdienen aan brandstofkost. Wie minder dan 10.000 kilometer per jaar rijdt, doet er minstens acht jaar over.
Wie jaarlijks weinig kilometers rijdt, gebruikt de wagen meestal voor korte afstanden en dat blijkt de onderhoudskost de hoogte in te jagen. Dat heeft te maken met extra roetafzetting bij een motor die niet goed op temperatuur komt bij korte afstanden. (mb)